Vrouwen in verzet tegen huisuitzettingen in postcommunistisch Cambodja. De documentairemakers filmen met de voeten in de blubber van de wijk Boeung Kak in Phnom Penh, maar ook bij het pluche van premier Hun Sen.
Na het communistische bewind van Pol Pot leek de huidige premier Hun Sen de grote belofte voor de Cambodjanen. Maar hun hoop werd beschadigd. Plannen van grote projectontwikkelaars brengen huizen in de hoofdstad Phnom Penh en rijstplantages in het land in gevaar en drijven hun eigenaren tot wanhoop. Recht lijkt ver te zoeken in deze kafkaëske toestanden, die gepaard gaan met grof geweld tegen de burgers. In de wijk Boeung Kak van Phnom Penh, waar al vele families gedwongen werden hun huizen te verlaten, gaan buurvrouwen moedig de strijd met de regering aan, in de hoop hun huizen te behouden, of er tenminste redelijke woningen voor terug te krijgen. Een ongelijke strijd, daarvan zijn de vrouwen zich maar al te goed bewust. Zoals Tep Vanny, een van de vrouwen, zichzelf en haar medestrijders omschrijft: ‘We zijn als verdrinkende mieren, zich vastklampend aan de ronddrijvende takken om ons heen.’