Zowel een meeslepende Koude Oorlogsthriller als het waargebeurde verhaal van de eerste menselijke beenmergtransplantatie. Een team van Joegoslavische natuurkundigen wordt per ongeluk blootgesteld aan een enorme dosis nucleaire straling. Een oncoloog uit Parijs is mogelijk de enige arts die hun levens kan redden.
Oktober 1958, de Koude Oorlog is op zijn hoogtepunt. Een groep jonge communistische wetenschappers wordt blootgesteld aan een dodelijke dosis uranium. Ze worden naar Parijs gestuurd voor medische behandeling door professor Georges Mathé. Mathé is ervan overtuigd dat ze bezig waren met het maken van een nucleair wapen, en hij is zelf fanatiek tegen ‘de bom’. Zijn argwaan wordt versterkt als blijkt dat de opdracht zo in nevelen is gehuld dat er bijna meer beveiligingsagenten zijn dan medisch personeel.
Maar dan ziet Mathé een kans om een van zijn meer bizarre theorieën te testen: hij stelt de eerste menselijke beenmergtransplantatie voor. Twee donoren – een monteur en een huisvrouw – zijn bereid te helpen. Is het een onverantwoord experiment met levende mensen? Of wil hij ze echt genezen?