Advocaat Anuol Deng (30) studeerde rechten in Engeland. Hij gaat terug naar zijn geboortegrond in Zuid-Soedan met de ambitie te helpen bij de wederopbouw van zijn land, een nieuwe staat waarin iedereen recht heeft op eerlijke rechtspraak. Het wordt een moeilijke en frustrerende onderneming. Veel Zuid-Soedanezen streven wanhopig naar vrede en verzoening. Maar welke rol speelt het recht hierin?
Na jaren afwezigheid keert Anuol Deng terug naar zijn geboortedorp, dat hij in 1991 ontvluchtte tijdens de ‘Bor Massacre’. Hij wordt vreugdevol onthaald en ziet na lange tijd zijn moeder weer. Nu Zuid-Soedan een onafhankelijke staat is en de vrede enigszins hersteld lijkt, heeft Anuol de missie opgevat om de daders van de slachtingen voor het gerecht te brengen en een monument op te richten voor de slachtoffers.
Anuols plannen vallen niet overal in goede aarde: de meeste Zuid-Soedanezen lijken de ellende uit het verleden zo veel mogelijk te willen vergeten en de daders te vergeven. Rechtspraak wordt gezien als een vorm van wraak. Ondertussen is Riek Machar, die ervan wordt verdacht verantwoordelijk te zijn voor het bloedbad, vicepresident van Zuid-Soedan. Anuol vreest voor een herhaling van de gebeurtenissen wanneer de daders geen verantwoording afleggen. Hij krijgt gelijk wanneer het stammengeweld weer oplaait en hij met zijn familie moet vluchten naar Oeganda.
Bij terugkeer naar het dorp blijken huizen in brand gestoken en mensen op straat in koelen bloede neergeschoten. Bij Anuol slaat de twijfel toe: zal hij ooit iets kunnen betekenen voor het nieuwe land, waar stammenoorlogen, cultuur, traditie, corruptie en een zeer gebrekkig juridisch systeem eraan bijdragen dat de geschiedenis zich steeds opnieuw herhaalt?