Luis Alberto Alarcón was lid van het veiligheidskorps van de voormalige Chileense president Allende. Vierendertig jaar na de militaire coup in Chili keert hij vanuit Nederland terug naar zijn thuisland om de confrontatie aan te gaan met de man die hem ooit martelde.
Zeven dagen voordat de hoorzitting begint, vertrekt Alarcón van Schiphol voor zijn lange reis naar het Zuid-Chileense Temuco. Na bijna drie decennia zal hij eindelijk oog in oog staan met de man die hem ooit wekenlang martelde. Voordat het zover is, reconstrueert Alarcón voor de camera zorgvuldig en gedetailleerd hoe hij na de coup van 11 September 1973 gevangen werd genomen en vervolgens aan stelselmatige mishandeling werd onderworpen. Terwijl Alarcón pijnlijke herinneringen uit het verleden ophaalt, bereidt hij zich voor op één van de belangrijkste momenten in zijn leven: de confrontatie met zijn beul, brigadier-generaal Manuel Vásquez Chahuán.