2004, het is een paar dagen na Pasen. De oorlog in Irak is officieel voorbij, maar het leven van alledag is nog allesbehalve normaal.
Met name in Fallujah is de situatie dramatisch. Amerikaanse troepen belegeren de plaats. Er is nauwelijks eten, er zijn geen medicijnen en van de medische zorg is vrijwel niets meer over. Het Amerikaanse leger komt een wapenstilstand van 24 uur overeen met de Soennitische opstandelingen in de stad. Twee hulpverleners grijpen het staakt-het-vuren aan om naar de stad af te reizen om hun hulp te bieden. De Nederlandse Kim -een rol van Thekla Reuten- en de arts Alain willen het ziekenhuis in Fallujah van nieuwe voorraden voorzien. Zij krijgen hulp van Oliver, een jonge journalist die hoopt samen met zijn cameraman een spectaculair verhaal te kunnen maken over de situatie in de belegerde stad. Samen met een Irakese chauffeur reizen zij af naar Fallujah. Wat de hulpverleners niet weten, is dat het ziekenhuis vlak voor de wapenstilstand is gebombardeerd door de Amerikanen. De idealisten zetten hun eigen leven op het spel om dat van anderen te proberen te redden.